Welke beleidskeuzes liggen voor?

Het programma richt zich op twee belangrijke doelen:

1. Stabiliseren van de rivierbodem. Dit zorgt voor een goede bevaarbaarheid en zoetwaterverdeling bij lage rivierstanden en draagt bij aan herstel van de natuurlijke rivierdynamiek.

2. Vergroten van de afvoer- en bergingscapaciteit. Dit helpt om grote hoeveelheden water in de toekomst goed af te voeren. We kijken hierbij ook naar de benodigde (binnen- en buitendijkse) ruimte.

In 2026 nemen we besluiten over de maatregelen die nodig zijn om nu en voor de toekomst de erosie van de rivierbodem te stoppen en de rivierbodem waar nodig op te hogen. Ook besluiten we in 2026 hoeveel ruimte rivieren binnen- en buitendijks nodig hebben.

Welke besluiten nemen we?

1. Een besluit over hoe we de bodemligging van de Maas en de Rijntakken gaan stabiliseren en eventueel ophogen. Dit besluit noemen we de oplossingsstrategie en beschrijft een concretisering van het doel (bijvoorbeeld een referentieniveau dat behaald moet worden), het type en de omvang van de maatregelen. De oplossingsstrategie beschrijft ook in welke volgorde maatregelen genomen moeten worden en de planning hiervan. De oplossingsstrategie vormt de basis van de voorbereiding voor de van maatregelen. Om tot de strategie te komen, brengen we de gevolgen van de maatregelen, zowel positief als negatief, op onder andere de vijf rivierfuncties in kaart. Deze vijf functies zijn: veilige waterafvoer, zoetwaterbeschikbaarheid en drinkwater, ecologische waterkwaliteit en natuur, bevaarbaarheid en regionale economische ontwikkeling.

2. Een besluit over de ruimte die nodig is in zowel de Rijntakken als de Maas voor een veilige afvoer van water. Het gaat daarbij om het reserveren van de benodigde binnendijkse ruimte (de zogeheten BKL-reserveringen) om opties open te houden voor maatregelen, zoals dijkverleggingen en bypasses, die op de langere termijn nodig zijn om met hogere afvoeren om te gaan. Ook de afvoerverdeling hoogwater wordt daarbij beschouwd. De strategie wordt beschreven in een visie die we in 2026 vaststellen. Daarna beginnen we met het uitwerken van concrete maatregelen voor de lange termijn. Mogelijk besluiten we in 2026 ook al om te beginnen met maatregelen die niet kunnen wachten. In 2029 ligt er een maatregelenpakket voor rivierverruiming.