Waarom is Ruimte voor de Rivier 2.0 nodig?
Al eeuwenlang leven we in Nederland met water. Rivieren hebben het landschap gevormd waarin we wonen, werken en recreëren. Wij hebben op onze beurt de afgelopen eeuwen veel aan die rivieren gesleuteld. We zochten veiligheid in het aanleggen van dijken; en kribben, stuwen en sluizen bevorderden de scheepvaart en zorgden ervoor dat we water slim konden verdelen en vasthouden
Dit deden we allemaal met de beste bedoelingen. Maar we namen ruimte af van de rivier en legden deze vast in een krap keurslijf, waardoor deze zich niet meer op een natuurlijke manier kan gedragen. De ruimte voor de rivier is in het stroomgebied van de Rijn en Maas in Nederland door menselijk ingrijpen vanaf 1850 meer dan gehalveerd. Dit begint te wringen.
De gevolgen van eerdere aanpassingen aan de rivier zijn namelijk nú al merkbaar. Door de erosie komt de rivier dieper in het landschap te liggen en trekt de rivier bij lage waterstanden de grondwaterstand rondom de rivieren naar beneden, in plaats van dat de rivier een voedende werking heeft. Dit heeft grote gevolgen voor landbouw, natuur en de funderingen van gebouwen. Daarbij maken lage waterstanden scheepvaart lastiger – als één schip niet kan varen, betekent dit vaak wel veertig extra veertig vrachtwagens op de weg. Recente droogtes, zoals in 2018, hebben voor miljoenen aan schade veroorzaakt.
Ook staat de verdeling van zoetwater vaker onder druk: er stroomt meer water naar de Waal en minder water naar de IJssel, omdat de bodem van de Waal meer inslijt dan die van de IJssel. Minder water naar de IJssel betekent ook minder water naar onze nationale regenton, het IJsselmeer. Zonder ingrijpen wordt deze regenton minder goed gevuld met het zoetwater dat er is. Dit water is erg belangrijk voor zowel natuurgebieden als landbouwpercelen, waarvoor water uit het IJsselmeer nodig is in droge tijden om het water op peil te houden en te beregenen. Ook zorgt een lagere aanvoer van zoetwater ervoor dat het zoutgehalte in het water toeneemt. Hierdoor wordt het lastig tot soms zelfs onmogelijk om drinkwater te winnen bij de inlaat bij Andijk.
Door klimaatverandering neemt daarnaast de kans op overstromingen toe. Rivieren die buiten de oevers treden, water dat hoog tegen de dijken klotst, vee en wilde dieren die een droog heenkomen moeten zoeken. Gelukkig komt dit niet vaak voor. Wel moeten we ons hierop blijven voorbereiden. Er komt op piekmomenten namelijk zoveel water op ons af, dat de rivier op sommige plekken meer ruimte nodig heeft om het water veilig af te voeren. We zijn met het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP) bezig om onze dijken op orde te brengen tot 2050, maar dan zijn we nog niet klaar. Ruimte voor de Rivier kijkt naar wat er nodig is om in het rivierengebied tot 2100 en verder droge voeten te houden.