Stuurgroep blikt vooruit naar besluitvorming

Donderdag 3 juli 2025 vond de stuurgroep Ruimte voor de Rivier 2.0 plaats. Het onderwerp van deze stuurgroep: een vooruitblik naar de te nemen besluiten en het besluitvormingsproces. Stap voor stap maken we scherper hoe de besluitvorming eruit gaat zien, waarover precies wordt besloten en hoe we daar komen.  Andere thema’s van deze stuurgroep zijn de aanpak voor het werkspoor ‘Ontwikkelen gezamenlijke slagkracht’ en voor het omgevingsmanagement. Programmamanager Marieke Hofstra praat ons bij.

De stuurgroep is bijgepraat over de stand van zaken en ging met elkaar in gesprek over de besluiten van volgend jaar. Ook is helder op een rijtje gezet wie voor welke besluiten aan de lat staat en is het proces op hoofdlijnen in beeld gebracht. Het was een energiek gesprek. Iedereen is zich ervan bewust dat het voor het programma een druk en belangrijk jaar gaat worden met een strakke planning. Daar moeten we met zijn allen de schouders onder zetten. Duidelijk is ook dat er bestuurlijk nog wel meer duidelijkheid over het besluitvormingsproces gewenst is. ‘Waar en wanneer moet ik mijn belangen nu echt indienen en hoe komen mijn belangen vervolgens terug in het uiteindelijke besluit?’ Zoals al aangekondigd, komt er een vervolgmemo met een antwoord op deze vragen. Deze wordt eind september al schriftelijk met de stuurgroep gedeeld voor reflectie.

Hoe ziet dat besluitvormingsproces er straks uit?

Er zijn veel verschillende organisaties betrokken bij het programma. We bereiden als Rijk en regio samen de besluitvorming voor. Hoe ziet dat er precies uit? Voor deze stuurgroep hebben we overzichtelijk gemaakt welke overheid of welk bestuurlijk overleg welk besluit mag nemen over (een deel van) het programma. Ook is de relatie met andere overheidsprogramma’s, zoals het Hoogwaterbeschermingsprogramma en de Programmatische Aanpak Grote Wateren, in beeld gebracht. In drie stuurgroepen bereiden we de besluiten over de twee nationale beleidskeuzes voor. Op die drie momenten bespreekt de stuurgroep het volgende:

  1. December 2025 (beeldvorming): in december zijn de onderzoeken, die nu nog in volle gang zijn, gereed. De stuurgroep bespreekt deze onderzoeksresultaten en resultaten vanuit het omgevingsproces om met elkaar scherp te krijgen waar de echte keuzes liggen en over welke onderwerpen iedereen het snel eens kan zijn. Op basis hiervan stelt het programmateam een eerste versie van de besluiten op.
  2. Februari 2026 (oordeelsvorming): de stuurgroep bespreekt de eerste versie van het besluit over de nationale beleidskeuzes en scherpt deze verder aan.
  3. April 2026 (besluitvorming): de stuurgroep neemt een besluit over de voorgestelde keuzes.

Na deze stuurgroepen bespreekt ook het Bestuurlijk Overleg Water en het Bestuurlijk overleg Ruimte voor de Rivier 2.0 de besluiten. Daarna worden deze aan de Ministerraad voorgelegd voor besluitvorming. Nu de grote lijnen helder zijn, gaan we het besluitvormingsproces verder inkleuren. Het kan zijn dat het uiteindelijke besluit niet overeenkomt met iedereens wens. Daarom is het extra belangrijk dat alle belangen open en duidelijk op tafel liggen, zodat we tot een afgewogen besluit kunnen komen, op basis van deze belangen.

Wat houden de twee beleidskeuzes in?

Het besluit gaat over twee beleidskeuzes die over het hele riviersysteem gaan. Vervolgens werken we maatregelen uit voor specifieke plekken in dat systeem. Een van de beleidskeuzes gaat over het stabiliseren en mogelijk ophogen van de bodemligging van de Maas en de Rijntakken. Dit besluit noemen we de oplossingsstrategie en bestaat uit de volgende onderdelen:

  • Een concrete doelstelling over de na te streven rivierbodemliggingen en een overzicht van oplossingen waarmee we de rivierbodemligging realiseren. Denk aan suppletie om (diepe) erosiekuilen te vullen in combinatie met de aanleg van nevengeulen en langsdammen. Deze laatste twee maatregelen helpen allebei om de erosieve kracht van het water te verminderen.
  • Inzicht in wat het effect van deze oplossingen is op alle rivierfuncties en waar deze oplossingen kunnen bijdragen aan bijvoorbeeld zoetwaterbeschikbaarheid en natuurontwikkeling. Concreet geven we hierbij aan welke maatregelen nodig zijn om de gewenste waterverdeling bij laagwater te realiseren. Besluitvorming over deze gewenste laagwaterverdeling bereidt het Deltaprogramma Zoetwater voor.
  • Een adaptieve strategie Afvoer en Ruimte, waarmee we aangeven welke aanpassingen aan de inrichting van het riviersysteem de voorkeur en prioriteit hebben om met hoogwater om te gaan. En afgeleid van deze strategie de te reserveren binnendijkse ruimte die nodig is om in de toekomst maatregelen te realiseren.

Als deze beleidskeuzes zijn vastgesteld, starten we met het uitvoeringsprogramma rivierbodembeheer. Dan starten ook de voorbereidingen voor de uitvoering van de projecten buiten.

Uit onze onderzoeken over hoogwater wordt duidelijk hoeveel ruimte voor de rivier we de komende jaren (extra) nodig denken te hebben en welke aanpassingen we in het rivierengebied moeten doen. Dit gaat ook over ruimte die nodig is om rivierverruiming in de toekomst mogelijk te maken. Het is goed mogelijk dat er ook binnendijkse ruimte nodig is. Met de adaptieve strategie over afvoer en ruimte wordt duidelijk hoeveel ruimte binnen- en buitendijks er in verschillende scenario’s nodig is. Daarbij speelt mee of we ruimte moeten houden voor verschillende opties naar de toekomst.

De strategie levert vervolgens de onderbouwing of de huidige binnendijkse reserveringen blijven bestaan of dat er nieuwe reserveringen nodig zijn.  Voor deze keuze werken we meerdere scenario’s uit, rekening houdend met verschillende klimaatscenario’s en zeespiegelstijging. Ook houden we rekening met externe ontwikkelingen, zoals aanpassingen in de regionale watersystemen en maatregelen die Duitsland treft.

De toekomst is niet volledig te voorspellen. Er is altijd een bepaalde mate van onzekerheid. Daarom zetten we meerdere scenario’s naast elkaar. Daar komen maatregelen uit die in elk scenario nodig zijn (no-regret maatregelen) en maatregelen die in het ene, maar niet in het andere scenario nodig zijn. We werken daarom met adaptatiepaden. Dat wil zeggen dat we knelpunten in het rivierengebied oplossen, waarvan we nu zeker weten dat die opgelost moeten worden, maar waarmee we geen deuren dichtgooien voor ingrepen in de toekomst. Als het klimaat toch sneller verandert dan gedacht, of als we door onvoorziene ingrepen in Duitsland meer water krijgen, kunnen we onze aanpak daar nog op aanpassen.

Over de uitvoering gesproken, waar gaat het werkspoor over gezamenlijke slagkracht over?

In het werkspoor Ontwikkelen gezamenlijke slagkracht kijken we al vooruit naar de uitvoering. Hoe kunnen we de verschillende opgaven, die we als overheden hebben in het rivierengebied, combineren? En hoe kunnen we als programma blijven leren en verbeteren? In de stuurgroep lag de aanpak voor het ontwikkelen van gezamenlijke slagkracht voor. Lyndy Volkers is trekker van dit werkspoor en vertelt in de volgende nieuwsbrief meer over wat ze precies gaat doen en waarom ze dat graag doet. In het kort alvast wat je van dit werkspoor kunt verwachten:

  • Het werkspoor richt zich op het stroomlijnen van de programma’s Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP), Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW) en RvdR2.0. Dit zijn allemaal programma’s in het rivierengebied die op plekken mogelijk in samenhang opgepakt kunnen worden, qua programmering, financiering en verantwoording. Denk bijvoorbeeld aan het combineren van rivierverruimende maatregelen (RvdR 2.0) met natuurontwikkeling (PAGW) en/of dijkversterking (HWBP). Soms wordt ook een combinatie gemaakt met bijvoorbeeld recreatie (fietspad, wandelpad). Dergelijke projecten worden uit verschillende bronnen gefinancierd en dit kan efficiënter. Daarom kijken we hoe we dat op een andere manier kunnen organiseren.
  • We werken, naast het zoeken naar slimme combinaties, ook aan afspraken tussen de betrokken partijen om in die programma’s beter samen te werken. Dit noemen we het spelregelkader voor Integraal Gebiedsgericht Samenwerken. Dit moet voorkomen dat we in de uitvoering bijvoorbeeld veel tijd en geld kwijt zijn met het bepalen wie wat betaalt en wie waarvoor verantwoordelijk is. Dat proberen we eerder te regelen. Die spelregels kunnen bijvoorbeeld gaan over bestuurlijke samenwerkingsovereenkomsten, afspraken over publiek-private samenwerkingen of voorstellen over financiering. Zo ontwikkelen we vanuit de overheidsprogramma’s gezamenlijk slagkracht.

De stuurgroep omarmde de aanpak voor dit werkspoor en bevestigde het belang hiervan. Het leren van elkaar hebben ze in dezelfde stuurgroep meteen in de praktijk gebracht door de lessen te bespreken van twee integrale gebiedsontwikkelingen: Ooijen-Wanssum en Meanderende Maas.

Wat staat er de komende tijd op de planning?

De zomervakantie staat voor de deur, dus de bezetting zal in juli en augustus wat minder zijn. Voor die tijd proberen we de planning tot medio 2026 zo scherp mogelijk te maken. Het wordt een druk najaar waarin veel moet samenkomen. We ronden de onderzoeken voor ruimte en afvoer en rivierbodemligging af en met die resultaten gaan we zowel de ‘externe’ omgeving betrekken als onze eigen ambtelijke begeleidingsgroepen, klankbord- en adviesgroepen en stuurgroepen voorbereiden. Daarmee wordt het natuurlijk ook een heel interessante periode. “Ik kijk er naar uit om met al die diverse groepen het gesprek aan te gaan over de inhoud van de beleidskeuzes. Maar eerst vakantie, ik wens iedereen dan ook een mooie vakantieperiode toe.”